Het Chinese terracottaleger wordt terecht het achtste wereldwonder genoemd. Toch is het slechts onderdeel van een absurd grote dodenstad.
Op zo’n vijftig kilometer van de stad Xian is het terracottaleger te vinden.
Voor de grijsmarmeren toegangspoort deint paardenbloesem rustig mee op de warme lucht van een prachtige zomerdag.
De Chinese toeristen (westerlingen kom je amper tegen) lijken minder ontspannen. Ze schreeuwen naar elkaar alsof ze flink ruzie hebben. Niets is minder waar: zo tonen ze hier in China hun enthousiasme.
Duizenden soldaten van het terracottaleger
Eenmaal binnen is het even duwen en trekken in het halfdonker, maar dan is er een gigantische hal, de zogenoemde pit one, waar het zonlicht in stralen op duizenden kleien soldaten neerschijnt.
Het is letterlijk adembenemend om oog in oog te staan met het massale terracottaleger van de eerste keizer van China.
„Dit kan toch helemaal niet”, is de eerste gedachte wanneer achtduizend terracotta-gezichten je aanstaren vanuit lange kuilen.
Iedere soldaat is twee meter lang, driehonderd kilo zwaar en heeft een uniek gezicht.
Ze worden terecht het achtste wereldwonder genoemd, deze kleien individuen van tweeduizend jaar oud. Hoe langer je naar ze tuurt, hoe minder je van ze begrijpt. Het is gekkenwerk geweest om hen te maken.
Het bezoekersgeschreeuw echoot door de hal, tablets worden tevoorschijn gehaald om iedere stap vast te leggen. „Qin Shi Huang, Qin Shi Huang!”, roepen de bezoekers vol ontzag terwijl ze langzaam langs het rek door de hal lopen.
De keizer van het terracottaleger
Qin Shi Huang was de eerste keizer van China.
Hij liet dit terracottaleger in elf jaar door 700.000 arbeiders bouwen. Hij was de meedogenloze heerser van koninkrijk China en met zijn leger veroverde hij vijf omliggende koninkrijken. Zo maakte hij het Keizerrijk China en werd hij de eerste goddelijke keizer.
Qin Shi Huang wilde niet dood omdat hij bang was dat de zielen van zijn vijanden die hij had laten ombrengen, wraak zouden nemen in het hiernamaals. En omdat dat er nogal wat waren, liet hij een leger bouwen om hem te beschermen in het leven na de dood. Maar een leger alleen zou niet genoeg zijn.
Qin Shi Huang wilde het liefst onsterfelijk worden.
Om dit voor elkaar te krijgen, greep hij naar bizarre middelen. Zo had hij seks met zoveel mogelijk vrouwen en slikte hij een dagelijkse dosis kwik. Geen wonder dat hij zijn laatste jaren behoorlijk in de war was en dacht dat hij een zeegod was die met een kruisboog oceanen kon splitsen.
Hij overleed op zijn vijftigste. Zijn dynastie hield het nog geen drie jaar uit. Er brak een opstand uit en het terracottaleger werd door rebellen in stukken geslagen.
Het leger werd geschiedenis en de geschiedenis een legende. Eeuwenlang dacht men dat het terracottaleger van de keizer niet meer dan een mooi verhaal was. Tot boer Yang in 1974 tijdens het slaan van een waterput de brokstukken ontdekt.
Pit One: scherven van het terracottaleger
In het midden van de hangar zijn Chinese archeologen in blauwe uniformen nog steeds druk bezig met het opgraven van soldaten.
Ze lijmen de scherven aan elkaar en zetten de soldaten daarna terug in de rij. Niet alleen soldaten, maar ook boogschutters en officieren. Paarden die er zo levensecht uitzien dat ze elk moment zouden kunnen weg galopperen.
Niemand weet wanneer ze allemaal te zien zullen zijn; over veertig jaar, misschien pas over een eeuw.
Het grote probleem: de terracottareuzen zijn eigenlijk beschilderd met gekleurde lak, die na duizenden jaren vervliegt als het met buitenlucht in aanraking komt. Duitse archeologen zijn al jaren bezig een oplossing voor dit probleem te bedenken.
Tot die tijd laten ze andere soldaten, te vinden in de klimaatgecontroleerde bunkers genaamd pit two en three, onder de aarde liggen.
Het leger staat niet op zichzelf, het maakt deel uit van een gigantische necropolis: een dodenstad.
Je valt van de ene verbazing in de andere: generaals met bronzen zwaarden die na al die eeuwen nog zo scherp zijn dat ze tweeëntwintig pagina’s papier zonder moeite doorsnijden en een bronzen replica van de keizerlijke koets, in duizenden stukjes gevonden, maar na veel puzzelwerk weer in volle glorie te aanschouwen.
Het is allemaal even onwerkelijk, groots en haast bovenmenselijk.
Om bij te komen kun je in de eveneens bovenmenselijk grote souvenirshop een replica van de soldaten kopen (ze zijn alleen hier te koop), op de foto gaan met een kleien soldaat of een uur in de rij staan om de inmiddels bejaarde boer Yang die het leger ooit ontdekte een hand te schudden, of tegen extra betaling zijn handtekening te krijgen.
Graftombe van de Keizer
Na het zien van het terracottaspektakel, rijst de vraag waar de keizer dan zelf ligt. Op anderhalve kilometer afstand van het leger staat een berg die geen berg is maar zijn graf. Het is zo groot als een piramide van Giza.
Volgens de legende ligt hij in een bronzen tombe, te midden van een replica van zijn China, compleet met stromende rivieren en zeeën van kwikzilver.
Hij ligt er niet alleen, honderden van zijn favoriete concubines zijn bij hem gebleven om in het hiernamaals een nieuwe familie te beginnen, samen met terracotta dansers, zangers, muzikanten en complete dierentuinen. Maar ook de ontwerpers, de ingenieurs, de architecten en de bouwers zijn levend in de tombe ingesloten.
Iedereen die de weg naar binnen wist, werd gedwongen te blijven.
De legende lijkt weer op waarheid te berusten: bodemonderzoek heeft uitgewezen dat er inderdaad heel wat kwikzilver in de berg ligt. De technische mogelijkheden om de inhoud van zijn tombe te bewaren zijn er (nog) niet. Wanneer het graf van de keizer en het compleet uitgegraven leger te bewonderen zijn, blijft afwachten.
Je krijgt zin om zelf een schep te pakken om alles zo snel mogelijk uit te graven maar er zit niets anders op dan over een paar jaar weer een bezoek te brengen aan de keizer en zijn kleien leger.
Zelf naar China reizen
Vliegticket naar Xian
Bus van Xian naar terracottaleger
Het terracottaleger ligt ten noordoosten van Xi’an, maar is makkelijk te bereiken. Vanaf het treinstation vertrekken elke paar minuten bussen die je naar het museum brengen. Neem hiervoor toeristenbus nummer 5 (游5) of de lijndiensten 914 en 915. De laatste halte van deze lijnen is het terracottaleger.