Java Indonesie is een must voor reizigers die van het Oosten willen proeven. Waar ooit Nederlanders de dienst uitmaakten, heersen nu Allah, Boeddha en eeuwenoude Javaanse geesten samen. De overweldigende natuur vol onbekende kleuren en geuren staat garant voor een mystieke ervaring.
Het is maar één eiland tussen de 17.000 van Indonesië en het heeft nauwelijks strand of jungle. Toch is Java een van de meest bijzondere eilanden van het immense eilandenrijk: het is namelijk het culturele hart van het land.
Alles wat Indonesië zo Indonesisch maakt, komt hier vandaan.
Met 120 miljoen mensen op een oppervlak van een paar keer Nederland is het ook verreweg het drukste eiland van allemaal. Het is op Java echt onmogelijk om weg van de mensen te komen. Maar dat is niet erg, want ze zijn er ongelooflijk aardig.
Omdat er nog maar weinig toeristen zijn ben je hier nog echt een bezienswaardigheid en een gast die met alle egards behandeld moet worden. Wees dan ook niet verbaasd als mensen spontaan foto’s van je gaan nemen.
Of dat ze de straat op rennen om het verkeer tegen te houden wanneer je op de stoep staat om over te steken. Of in paniek raken als je hun restaurant binnenloopt, bang dat hun kookkunsten niet goed genoeg zijn voor zo’n hooggeërde gast.
Maar het handigste is natuurlijk dat je al het moois van Java voor jezelf hebt.
Waar je in Bali over de roodverbrande hoofden kan lopen (zeker in toeristische plaatsen als Kuta Beach) hoef je op Java nergens te dringen om het beste plekje of je tussen busladingen vol toeristen te wurmen.
Borobudur | Java Indonesie
‘Hoe-hoe-hoe-hoe-ha-ha-ha-haaaah,’ gillen de apen bij zonsopkomst.
De mist boven de diepgroene jungle lost langzaam op. In de verte blazen de vulkanen Merbaboe en Merapit langwerpige rookpluimen uit.
Dan vallen de eerste zonnestralen op de tientallen stenen boeddha’s die gelukzalig voor zich uit zitten te kijken.
Ik sta op een van de zeven wereldwonderen; de Borobudur, en laat de zonsopgang rustig op me inwerken. Deze grootse boeddhistische piramide uit de 9e eeuw staat vlak bij de culturele hoofdstad van Java Indonesie; Jogyakarta.
Het stolpvormige, massieve gebouw bestaat uit miljoenen lavastenen die als een Legopakket in elkaar zijn gezet.
Met moeite beklim ik de top, een tocht die symbool staat voor het opklimmen naar het nirvana. Het goddelijke inzicht is niet heel moeilijk te verkrijgen bij het zien van het wonderbaarlijke uitzicht boven.
Kleine vogeltjes vliegen in zwermen over het monument dat na eeuwen vergeten te zijn in 1872 door Nederlandse ingenieurs herontdekt én opnieuw opgebouwd werd.
Vier Japanse toeristen proberen één van de boeddha’s in hun stenen stupahuisjes aan te raken, want als je zijn rechterhand aanraakt, brengt dat geluk. Ik waag ook een poging, maar gek genoeg zijn mijn armen te kort.
„Proberen brengt ook geluk”, troost een van de Japanners mij.
Een Amerikaanse compleet met kralenketting, strooien hoed en een zilveren smartphone aan haar pols, zit vlak bij de top in lotushouding te mediteren.
„Ohmmmmmmm”, murmelt ze. Maar verder is het stil.
Vulkanen | Java Indonesie
Drukker is het vlak onder de top van de Merapi, een van de meest actieve en gevaarlijkste vulkanen ter wereld. De laatste uitbarsting gooide een paar dorpen tegen de vlakte.
Javanen, die constant met de dreiging van vulkanen en aardbevingen moeten leven, vinden dat allemaal zéér fascinerend. Het ziet er zwart van de Javanen die hier op hun vrije zaterdag naartoe zijn gereden om de verwoesting te zien.
Tussen de geknakte bomen en verwoeste huizen hebben slimme ondernemers voor de ramptoeristen stalletjes neergezet met eten, drinken en souvenirs. Voor een paar duizend rupia heb je een T-shirt of een mok met een foto van de uitbarsting. Het is niet moeilijk om te begrijpen waar die fascinatie vandaan komt.
Waar je ook gaat op Java, er staat altijd een vulkaan op de achtergrond.
De meest beroemde vulkaan van het eiland is de Bromo, het natuurlijke equivalent van de Borobudur.
Vergeleken met de andere vulkanen is de Bromo met zijn 2400 meter maar een ukkie. Maar wat betreft landschap kan de kleine Bromo de anderen met gemak aan. Hij rijst op uit een oude caldera, in een grijze vlakte van tien kilometer diameter.
Omringd door hoge pieken staat de Bromo eenzaam te stomen en roken, in een zee van as en vulkanisch zand.
Op een afstandje werpt de Gunung Semeru, met zijn 3676 meter de hoogste vulkaan van Java, zijn schaduw over het duistere plaatje.
Overbodig te zeggen: zonsopgang is de beste tijd om te gaan.
Koloniaal Verleden | Java Indonesie
Ik daal af naar de nabij gelegen jungle van Magelang.
Glanzende insecten schieten over de grond en onzichtbare krekels zoemen oorverdovend hard. De lucht met zijn plakkerige zwaarte vormt een tastbare muur van vochtigheid.
Mijn gids loopt voor mij uit.
Hij heet Felix Feitsma en is een echte (oudere) Javaanse jongen. Een mannetje met een gezicht met honderd plooien, een grijs snorretje, een glimlach met twee stompen in de bovenkaak en een gele slagtand middenonder. Hij draagt een vers gesteven kleurig batik overhemd, een oranje sarong en vreemde houten sandalen.
„Ik heb nog Hollands lager onderwijs genoten”, zegt hij trots.
Genietend neemt hij een trekje van zijn Gudang Garam filter-Kretek; een Indonesische kruidnagelsigaret. Zoete rook dwarrelt vrolijk uit zijn neusgaten omhoog.
Ooit was Indonesië een Nederlandse kolonie. Oudere Javanen spreken nog uitstekend Nederlands en overal vindt je sporen terug van ‘ons’ bewind.
De Nederlandse invloed op Java is nog altijd zichtbaar, voornamelijk in de taal. Langs de kant van de weg zie je tientallen Nederlandse woorden.
- Bij de garages kan je bijvoorbeeld je ‘knalpot’ of ‘velg’ laten repareren, je ‘ban’ laten plakken, je ‘kopling’ of ‘rem’ laten bijstellen, ‘olie verversen’ of een nieuw ‘onderdil’ bestellen.
- Bij het ‘kantor pos’ kom je voor een ‘stempel’, bij de bank voor een ‘rekening’.
Terwijl Felix lacht glippen zijn drie tanden tussen zijn lippen uit.
„Tja meneertje, wij beginnen tegenwoordig een klein beetje te waarderen wat jullie hier allemaal gepresteerd hebben. Punctueel treinverkeer en prachtige gebouwen. Maar de jeugd zegt het niets meer. Zij richten zich niet op het Westen, maar op India.”
Animisme op Java Indonesie
Animisme is géén godsdienst, eerder een levensfilosofie.
Je gelooft dat alles één is; de stenen, de velden, de mensen. Je vereert je voorouders en gelooft in geesten: de stille kracht. Dit traditionele geloof heeft nog steeds veel aanhangers onder de Javanen, ook (stiekem) onder de islamitische Javanen.
We vervolgen onze jungletocht. Onder de klapperbomen krijg ik steeds meer het gevoel in het paradijs te zijn. Alles groeit hier; lichtorange papaja’s, ‘Rampoetang’ vruchten (harige bruine ballen met zoete vruchten erin), leliebladeren zo groot als fietswielen, felgele orchideeën.
Witte vlinders fladderen tussen de struiken door.
We passeren een oud vrouwtje dat gehurkt onder een tamarindeboom zit. Men zit hier graag gehurkt. Achter haar liggen schilderachtige valleien met rivieren, rijstvelden (sawa’s) vol met boeren en karbouwen.
Smalle dijkjes, galangans, houden het water binnen.
Een jonge vrouw met haar zoontje komen vanaf de velden onze kant op. Het jongetje draagt een T-shirt van Winnie de Poeh & Teigetje en heeft vandaag toegekeken hoe zijn moeder het land bewerkte.
De tijd van Max Havelaar lijkt nog niet voorbij.
Alle pakken tabak en koffie die wij zonder erbij na te denken in de supermarkt kopen, worden hier voor een habbekrats verbouwd, geoogst en gesorteerd. We lopen de kampong van Candirejo binnen. Brede, door hoge bomen beschaduwde lanen en nauwe straatjes wisselen elkaar af.
Moeders in prachtige sarongs kopen hun groenten en fruit bij stalletjes.
Een Javaan zit op een houten veranda en speelt op zijn fluit. Een plaat roept op tot het middaggebed en blijft na een paar zinnen steken in een groef: All-All-All-Allah.
Voormalige koffieplantages | Java Indonesie
De dag loopt ten einde.
Na een paar uur rijden kom ik bezweet aan in de voormalige Nederlandse Losari-koffieplantage, op het mooiste plekje van Midden-Java, omringt door acht vulkanen.
Tegenwoordig is het een exclusief resort waar oude, koloniale tijden weer tot leven komen.
Onder pisangbomen, tussen groene bergruggen, bezaaid met felgekleurde bloemen, ontwaar ik het clubhuis uit 1928. De weinige gasten zitten op de veranda in schommelstoelen te genieten van een whisky, terwijl de zon ondergaat.
Een verkoelend windje laat de bamboebladeren ritselen.
Een kleine Javaanse butler in onberispelijk wit komt aanzetten met verse gemberthee. Een ander springt in de houding. „Diner is ready, sir.”
Rijsttafel | Java Indonesie
Een uitgebreide rijsttafel staat klaar. Compleet met gado-gado, eieren met ketjap en ketoembar, pedis, saté en soto-soep met bami jawa.
Kortom alle producten die je in een toko kunt vinden maar die hier natuurlijk zoveel verser en lekkerder zijn. Het eten wordt begeleid door de liefelijke tonen van een traditionele Javaanse band.
Na het diner trek ik mij terug in mijn eigen prinselijke vertrekken vol Javaans antiek.
De huisbutler heeft de menjan, wierook, laten branden tegen de insecten. Om mij niet helemaal een decadente koloniaal te voelen laat ik zelf maar het gigantische bad met rozenblaadjes vollopen.
Uitgeput van de warmte kruip ik even later onder mijn klamboe.
Ik hoor nog net hoe de krekels het nachtleven in de jungle, met weer andere geuren, geluiden en kleuren, aankondigen met veel getsjirp. Maar dan zak ik al snel weg in een diepe tropenslaap.
Zelf reizen naar Java Indonesië
Rondreizen door Java worden aangeboden door 333 Travel (www.333tra-vel.nl). Deze Aziëspecialist heeft allerlei privérondreizen, behalve op Java ook op Bali en minder bekende eilanden.
Je krijgt een auto met chauffeur en slaapt in zogenoemde boetiekhotels, sfeervolle, kleinschalige hotels met een persoonlijke aanpak.
www.singaporeairlines.nl